De goede Sint is gearriveerd. Paniek: je moet een Sinterklaasgedicht schrijven. Dat is voor de één makkelijker dan voor de ander. Met onderstaande stappen en tips schrijf jij in no time een sinterklaasgedicht dat alle elementen bevat om indruk te maken op je toehoorders. Bedenk dat een gedicht wordt opgelezen, dus hoe meer humor het bevat, des te beter hij valt!
1. Schrijf op een papier 2-5 positieve en negatieve karaktereigenschappen op. Gebruik de negatieve later (spaarzaam) voor regels met humor en probeer de positieve te verbinden aan een handeling.
Bijvoorbeeld:
Ton is aardig en zegt nooit bah of boe
met zijn auto brengt hij me overal naartoe
2. Schrijf vervolgens 2-5 gebeurtenissen op die belangrijk zijn geweest het afgelopen jaar. Dit kan een verhuizing, verandering van baan of vakantie zijn. Als het weinig of niets is, schrijf je dat op. Die gebruik je later voor regels die het gedicht persoonlijk maken.
Bijvoorbeeld:
Kabbelend vaarde je door het jaar heen
Je gebrek aan geklaag ging door merg en been
3. Schrijf dan 2-5 momenten op die je samen hebt meegemaakt. Een stapavond, vakantie of iets wat je altijd samen doet, zoals het uitlaten van de hond. Die gebruik je later voor regels die saamhorigheid opwekken.
Bijvoorbeeld:
Gelachen hebben wij in het restaurant van je zus
Het werd iets te gezellig en we misten de bus
4. Schrijf 1-2 ongemakken op die je hebt ondervonden tijdens het trekken van het lootje of het schrijven van het gedicht. Die gebruik je later om te tonen dat je moeite hebt gedaan voor het gedicht.
Bijvoorbeeld:
De Sint had het wel zeven dagen druk
maar ging bij het schrijven van dit gedicht pas echt stuk
5. Bedenk 1-2 hints over de cadeaus. Die gebruik je later om de toehoorder het gevoel te geven dat je echt iets gezocht hebt wat in de smaak zal vallen.
Bijvoorbeeld:
Stad en land afgezocht naar jouw cadeautip
wat ik je geven zal is binnenkort overal hip
Tot slot nog een paar opmerkingen over de vorm. Kies voor het Sinterklaasgedicht een rijmschema waar je makkelijk in schrijft. De één schrijft makkelijker in abba, de ander in aaaa of abab. Maak de woorden waarop gerijmd wordt vetgedrukt of onderstreep ze, dan heeft de lezer een duidelijk punt om naartoe te werken. Zorg ervoor dat je een goed leesbaar lettertype hebt en een lettergrootte van minimaal 12-punts.
Natuurlijk laat je het Sinterklaasgedicht voor je dit uitprint even een paar uur (of een dag) liggen. Dan kun je het met een allerlaatste frisse blik nog fine tunen. Lees het Sinterklaasgedicht dan voor jezelf hardop voor. Zo ontdek je meteen of de zinnen lekker lopen of niet. Vergeet geen spellingscontrole erover heen te gooien. Zonder foutjes leest een gedicht ook fijner. Tips voor het oplezen vind je hier.
Toch geen tijd of inspiratieloos? Koop hier een boek en krijg die verpakt in Sinterklaaspapier inclusief Sinterklaasgedicht (!) opgestuurd.
We horen graag of je met jouw Sinterklaasgedicht geslaagd bent! Deel het op Twitter met @Fabel_NL.
Koop hier met 5 euro korting het leukste cadeautje voor zzp’ers in crisistijd en maak gebruik van de Decemberactie!
Pingback: Zo schrijf je een onvergetelijk Sinterklaasgedicht - FabelFabel